9 Projecten ontvangen een subsidie van het Stimuleringsfonds.
In de juni tender van het Stimuleringsfonds werden 18 projecten ingediend. 2 projecten zijn niet ontvankelijk verklaard. 7 projecten zijn na beoordeling niet in aanmerking gekomen voor een subsidiebijdrage. De 14 projecten die een bijdrage ontvangen richten zich op (Duurzame) energie, Creatieve Industrie, Overig en Overige High Tech. De projecten worden uitgevoerd in de gemeenten Asten, Bergeijk, Bladel, Eersel, Eindhoven, Helmond, Valkenswaard en Veldhoven.
Gezamenlijk ontvangen de 9 projecten een bijdrage van € 490.000,-- uit het Stimuleringsfonds. De totaal aangejaagde investering is € 1.662.950,-- Daarmee bereiken we een multiplier van 3,4.
Overzicht van de tender
Project | Toegekende bijdrage | Totale investering | Aard van het project |
Fashion Tech Incubatie programma & Kennisbank [FTF2.0] | € 100.000 | € 668.500 | Creatieve Industrie |
A3 - ‘Amplifier and Antenna co-design for next generation telecommunication Applications’ | € 50.000 | € 123.550 | Overige High Tech |
Regio in Zicht | € 50.000 | € 176.250 | Overig |
Knowledge Sharing Centre | € 50.000 | € 100.000 | Overige High Tech |
ElectrOnGlass | € 50.000 | € 100.000 | Overige High Tech |
Ontwikkeling methode voor het printen van extreem sterke onderdelen | € 50.000 | € 102.150 | Overige High Tech |
Integer Renoveren | € 50.000 | € 100.000 | (Duurzame) energie |
Waterlaat Energiehub | € 50.000 | € 197.500 | (Duurzame) energie |
Van Veehouder naar Energieboer | € 40.000 | € 95.000 | (Duurzame) energie |
Totaal | € 490.000 | € 1.662.950 |
Informatie over alle projecten
Fashion Tech Incubatie programma & Kennisbank {FTF2.0]
Aanvrager: | by-wire.net | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 1: | Donktech | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 2: | Opleidingen | Vestigingsplaats: | Eindhoven en Den Haag |
Partner 3: | TU/e | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 4: | Tech partners | Vestigingsplaats: | Sittard en Rotterdam |
Partner 5: | Ontwerp partners | Vestingsplaats: | Eindhoven en Venlo |
Startdatum: | 23 mei 2023 | Einddatum | 23 mei 2025 |
Projectomschrijving:
De aanvraag betreft een uitvoeringsproject, waarbij er een Fashion Tech Incubatie programma en Kennisbank wordt opgezet om Fashion Tech talenten binnen te halen, te versterken en te behouden in de Brainport regio. Vanuit een dynamische werkplaats met de bijbehorende Fashion Tech tools worden nieuwe talenten ondersteund in hun (door)ontwikkeling tot Fashion Tech Professional. Met gerichte begeleiding en workshops op het gebied van
Design, Technologie en Business door externe partners en interne ‘Farmers’ worden de talenten geïnformeerd en geïntroduceerd aan een groot netwerk. Via presentaties en expo’s in huis (bijvoorbeeld DDW) en internationaal (bijvoorbeeld Lopec München, Tech Textil Frankfurt, Milaan Design Week, TechBlick Berlijn en Atelier Neerlandaise in Parijs) wordt hun werk zichtbaar gemaakt zodat het impact creëert en gecommercialiseerd kan worden.Concreet zal er over een tijdbestek van 2 jaar (periode van dit uitvoeringsproject) 3 keer een incubatietraject gaan lopen. Hiervoor worden talenten geworven via de vele geconnecteerde opleidingen (MBO, HBO en WO). Ook (internationale) afgestudeerden en jonge professionals worden verwelkomd. Een incubatieproces duurt ongeveer 4
maanden. De eerste maanden staan in het teken van intensieve begeleiding en input sessies rondom Design,Technologie en Business. De laatste maanden zijn gericht op het maken van presentabel werk en deze op fysieke en online expo’s te tonen. De opgedane kennis wordt geconsolideerd in de kennisbank zodat deze toegankelijk is voor volgende talenten. Dit incubatie en kennisontwikkeling proces wordt doorlopend gevalideerd en geëvalueerd via het theoretische kader over transformatief ontwerpend onderzoek1 om verbeteringen meteen door te voeren. De Fashion Tech Farm krijgt daarmee een Fashion Tech incubator programma voor creatief en innovatief talent waaruit kwalitatief hoogstaande alternatieven voor de huidige fast fashion industrie gaan komen. Het concrete doel
is minimaal 10 nieuwe projecten (2 tijdens DDW23, 4 tijdens DDW24 en 4 tijdens DDW25) en 5 nieuwe bedrijven die middels het incubatorprogramma en de kennisbank ondersteund worden. Dit resulteert in meer interessant en innovatief werk en nieuwe bedrijvigheid in de regio voor een duurzame als veerkrachtige regionale economie. Steunbetuigingen: Ook znderen vinden dat dit een belangrijk programma is. In een steunbrief zegt Wethouder Lammers van de Gemeente Eindhoven: “Ik vind het belangrijk om gedreven creatieve makers in de stad te houden. […] Techniek, Design en Kennis (TDK) vormen belangrijke pijlers voor Eindhoven. Daarbij is het goed om de menselijke factor in ogenschouw te houden en de pijlers met elkaar te verbinden. Dit doet de Fashion Tech Farm
[…] Het legt [ook] verbindingen met de wijk Strijp Dorp en het brengt creatieve bedrijvigheid en nieuwe
werkgelegenheid.” En Stephan Wenseen van de Technische Universiteit Eindhoven: “De Fashion Tech Farm is een belangrijke schakel in het grotere netwerk rond technologie en textiel. Wij vinden dat de Fashion Tech Farm goede doorstroommogelijkheden biedt voor onze studenten en een zeer waardevolle community bouwt om talenten op te leiden en vast te houden in de Brainport-regio.” Beam Contrechoc “De Fashion Tech Farm verbindt ondernemers en universiteit in en rond Eindhoven, maar ook vanuit Eindhoven met de rest van Nederland, Europa en de rest van wereld. […] De Fashion Tech Farm is een bijzonder initiatief dat draait op een hoge mate van inzet, er voor elkaar zijn en samen leren en ondernemen. Een initiatief dat een waarderende ondersteuning verdient!”
De opzet van de Fashion Tech Farm functioneert al. Jeroen van den Brand en Charlotte Kjellander van TNO Holst Centre zeggen: “[…] the role that the Fashion Tech Farm takes in bridging education and industry is highly valued. We directly benefitted from that as we hired a previous intern from the Fashion Tech Farm […] we need access to highly talented and skilled people. […] With all this being said, we highly recommend supporting the Fashion Tech Farm as it is a unique asset to our innovative region.” Maar professionalisering en opschaling is hard nodig zegt ook Prof. Em. Dr. Ir. Loe Feijs “Ik juich het project en het initiatief om Fashion Tech Farm te voorzien van tools en kennisinfrastructuur toe. De manier waarop [Marina] mensen inspireert en bij elkaar brengt en projecten naar een
hoger niveau tilt is ongeëvenaard. Het is ook erg nodig, want het huidige modesysteem is vastgelopen, zowel op duurzaamheidsgebied als op creatief gebied.” Daarom hierbij de vraag om ons in deze ontwikkeling te ondersteunen via het MRE-stimuleringsfonds.
A3 - ‘Amplifier and Antenna co-design for next generation telecommunication Applications’
Aanvrager: | Altum RF International b.v. | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 1: | The Antenna Company | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Startdatum: | 1 juni 2023 | Einddatum: | 31 oktober 2024 |
Projectomschrijving:
Achtergrond: Met de toenemende vraag naar snel en betrouwbaar Wi-Fi en 5G groeit ook de behoefte aan nieuwe, verbeterde en snellere apparaten. Antennes spelen een cruciale rol in het verzenden en ontvangen van signalen voor deze communicatietechnologieën. Ze werken samen met versterkers om de sterkte, reikwijdte en betrouwbaarheid van het signaal te bepalen. Traditioneel gezien waren de ontwikkeling van antennes en versterker gescheiden werelden. Integrators brachten beide componenten samen in systemen zoals routers en zendmasten. Echter, bij de volgende generatie communicatietechnologieën met hogere frequenties (6 GHz en hoger) levert deze gescheiden aanpak problemen op.
Integratie: Bij hogere frequenties neemt het belang van nauwkeurige integratie tussen antenne en versterker toe, om de signaalkwaliteit te garanderen, signaalverliezen te voorkomen en energie-efficiënte te verbeteren. Wanneer fabrikanten apart van elkaar blijven ontwikkelen, zullen de uiteindelijke prestaties van het systeem niet optimaal zijn.
Energie-efficiëntie: Wanneer de antenne en versterker niet optimaal kunnen samenwerken, zorgt dit voor een onnodig hoge stroombehoefte en dus een niet efficiënte omgang met energie.
Doelstelling: Projectpartners Altum RF en The Antenna Company ontwikkelen gezamenlijk twee antennearray prototypes inclusief versterker voor de nieuwe generatie Wi-Fi en 5G millimeter golf apparatuur.
Resultaat: Twee gevalideerde prototypes voor de nieuwe generatie Wi-Fi en 5G millimeter golf apparatuur. Dit betreffen antenne-arrays die in de hoge frequentie (≥ 6 GHz) opereren, en ondersteund wordt door een geïntegreerde versterkerchip die geoptimaliseerd is aan het ontwerp van de antenne-array. Een succesvol resultaat geldt als technologische validatie van de potentiele prestatieverbeteringen die gerealiseerd kunnen worden door de samenwerking tussen een antenne- en versterkerchip-ontwikkelaar.
Innovatie: De innovatie van het project zit in de volgende aspecten:
Antenne-versterker co-design: De belangrijkste innovatie zit in het gezamenlijke ontwerp en de ontwikkeling van de antenne-array en versterker voor betere prestaties bij hoge radiofrequenties (≥ 6 GHz). Dit wordt gedaan door gezamenlijk specificaties vast te stellen en een bijbehorende (verbeterde) interface te ontwikkelen, met als doel betere prestaties (60 graden range, minimale signaalverliezen, optimaler bereik, hoge energie-efficiëntie). Hierbij wordt geëxperimenteerd met meer ontwerpvrijheid door het loslaten van gestandaardiseerde uitgangspunten zoals de 50 ohm impedantie.
Nieuwe antenne-array ontwikkeling: The Antenna Company wil nieuwe resonatormaterialen toepassen (LTCC). Hierdoor wordt de warmteafvoer in de antenne-array verbeterd, wat leidt tot betere prestaties zoals lagere signaalverliezen en een hogere scan range van 60 graden.
Consortium: Penvoerder van het project is Altum RF uit Eindhoven. Altum RF ontwikkelt geavanceerde RF en millimeter golf halfgeleideroplossingen. Hoofdzakelijk gaat het om versterkers voor hoogfrequentie draadloze communicatie. Het bedrijf werkt samen met The Antenna Company (TAC) uit Eindhoven. TAC ontwikkeld geavanceerde antenneoplossingen voor draadloze communicatie.
Economisch toegevoegde waarde: In het project wordt als volgt economisch toegevoegde waarde voor de regio geleverd: Altum RF en TAC gebruiken de projectresultaten voor het ontwikkelen van een prototype voor de nieuwe generatie Wi-Fi en 5G millimeter golf apparatuur. Hiermee verwachten de bedrijven een product te ontwikkelen waarmee ze in 2027 een gezamenlijk omzetstijging van 8 miljoen euro beogen te behalen. Altum RF verwacht tot en met 2027 een personeelsgroei van 30 FTE, en TAC een personeelsgroei van 10 FTE.
Regio in zicht
Aanvrager: | Stichting Glow | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 1: | Eindhoven52 | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 2: | Gemeente Waalre | Vestigingsplaats: | Waalre |
Partner 3: | Gemeente Best | Vestigingsplaats: | Best |
Partner 4: | Gemeente Oirschot | Vestigingsplaats: | Oirschot |
Partner 5: | Gemeente Geldrop-Mierlo | Vestigingsplaats: | Geldrop-Mierlo |
Startdatum: | 1 juni 2023 | Einddatum: | 31 december 2023 |
Projectomschrijving:
In navolging van de grote projecties op o.a. de Catherinakerk en het stadhuis tijdens voorafgaande edities van lichtkunstfestival GLOW, gaat GLOW in de editie van 2023 projecties organiseren op markante gebouwen in gemeenten rondom Eindhoven. Hierbij wordt samengewerkt met de plaatselijke overheden, de lokale middenstand en krijgen de inwoners een stem in het verhaal. Deze afzonderlijk projecties worden uiteindelijk gebundeld in één grote projectie tijdens het GLOW festival van 11 t/m 18 November 2023 in Eindhoven.
GLOW kent ieder jaar een thema. Dit jaar is dat “The Beat” en krijgen de projecties fysiek vorm door in ieder van de regiogemeenten een opvallend gebouw te selecteren waarop geprojecteerd gaat worden en inhoudelijk door te laten zien waarmee iedere gemeente zich karakteriseert.
Met het project ‘’Regio in zicht’’ willen we een -voor het festival een eerste stap- zetten naar een langdurige verbinding van het festival met de randgemeenten. Met als doel wederzijdse verrijking, versterken van de saamhorigheid en een nog krachtigere gezamenlijke uitstraling als (Brainport)regio.
Knowledge Sharing Centre
Aanvrager: | Mikrocentrum Holding B.V. | Vestigingsplaats: | Veldhoven |
Partner 1: | Holland Innovative B.V. | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 2: | Innovox & Partners | Vestigingsplaats: | Oosterhout |
Startdatum: | 1 september 2023 | Einddatum: | 31 oktober 2024 |
Projectomschrijving:
De Brainport regio onderscheidt zich als geen ander door de manier waarop bedrijven met elkaar samenwerken. Een sterk voorbeeld hiervan is ASML. Als belangrijk hightechbedrijf in Nederland en gevestigde leverancier van machines voor de halfgeleiderindustrie, heeft het bedrijf een buitengewoon uitgestrekte waardeketen. In samenwerking met 5000 toeleveranciers en een handjevol grote klanten worden machines ontwikkeld die een allesbepalende rol spelen in de wereldmarkt. Echter merkt ASML, net zoals vele andere regionale partijen, dat de arbeidsproductiviteit de laatste jaren nauwelijks stijgt. Terwijl deze stijging een belangrijke concurrentiepositie waarborgt voor de Brainport regio en daarmee Nederland. Belangrijk onderdeel van de arbeidsproductiviteit stagnatie is de beperkte deling van kennis in de waardeketen. Zo is één van de uitdagingen dat engineers ontwerpen bedenken die niet geproduceerd kunnen worden De oorzaak is dat ontwerpers niet voldoende kennis hebben van productietechnologieën en -methodieken om de maakbaarheid van een ontwerp goed in te kunnen schatten. Dit leidt ertoe dat er regelmatig herstelwerkzaamheden verricht dienen te worden. Er zijn betere samenwerkingen tussen bedrijven in de waardeketen nodig door het delen van niet-IP-gebonden kennis.
Afgelopen periode heeft ASML het Knowledge Sharing Centre (KSC) geïnitieerd. Het doel van het KSC is betere samenwerking tussen de bedrijven in de hightech waardeketen door het delen van niet-IP- gebonden kennis. Dit met het doel om de arbeidsproductiviteit in de keten te vergroten. Daarnaast willen partijen zoals ASML hun toeleverende keten ook trainen in het gebruik van Model Based Design (ook wel Model Based Definition), Manufacturing Technology en Methods. Veel berekeningen in de keten worden nu handmatig in Excel ingevoerd. Model Based Design/Definition zorgt ervoor dat alle ontwerp- en engineering gegevens in één – altijd up to date – digitaal model beschikbaar zijn. Dit vergroot de procesefficiëntie, verlaagt het risico op fouten en resulteert in een hogere kwaliteit tegen lagere kosten voor alle betrokkenen.
Het is van vitaal belang dat het Knowledge Sharing Centre breder getrokken wordt, en niet enkel door ASML. De regionale hightech sector moet breed aangesloten worden om draagvlak te borgen.
De projectpartners Mikrocentrum (penvoerder), Holland Innovative en Innovox beogen het KSC verder onafhankelijk te ontwikkelen en vorm te geven, in samenwerking met de hightechbedrijven en toeleveranciers. Zo kan het de regio beter bedienen, en wordt het een initiatief voor en door het regionale bedrijfsleven. Holland Innovative en Mikrocentrum hebben de intentie uitgesproken om het platform onafhankelijk van ASML duurzaam draaiend te krijgen. De grootste uitdaging hierbij is het activeren en mobiliseren van het regionale bedrijfsleven achter het Knowledge Sharing Centre. De uitdaging zit specifiek in het overtuigen van het bedrijfsleven dat het delen van kennis tot gezamenlijk voordeel leidt, geen inbreuk op IP-rechten maakt, en/of de concurrentiepositie schaadt. Binnen dit project definiëren de projectpartners de volgende subdoelstellingen voor het duurzaam inrichten van het Knowledge Sharing Centre, ten einde:
- Engineers van het MKB te verrijken met kennis en werkmethoden van het OEM.
- De leercurve van deze engineers te versnellen.
- Mensen in de keten efficiënter in te zetten met behulp van deze kennis en werkmethoden.
- Handmatige processen te digitaliseren.
- (Arbeidsmarkt)projecten te ontwikkelen op basis van gezamenlijke behoeften.
ElectrOnGlass
Aanvrager: | PMO Holding B.V. | Vestigingsplaats: | Asten |
Partner 1: | Metafas B.V. | Vestigingsplaats: | Asten |
Startdatum: | 1 juni 2023 | Einddatum: | 31 mei 2024 |
Projectomschrijving:
De automotive industrie blijft constant evolueren als het gaat om technologische innovaties. Met de voortdurende elektrificatie en digitalisering zal ons wagenpark in de komende jaren aanzienlijk gaan veranderen. Daarbij opent de opkomst van Printed Electronics een geheel nieuwe wereld van mogelijkheden die niet alleen esthetische voordelen met zich meebrengen, maar ook de veiligheid, efficiëntie en het comfort van voertuigen aanzienlijk kunnen verbeteren.
Zo kunnen ook autoruiten niet langer gezien als louter doorzichtige oppervlakken, maar kunnen nu geavanceerde functionaliteiten bevatten dankzij dunne film technologie. De continue vooruitgang in printed electronics maakt het mogelijk om autoruiten functioneel en interactief te maken. Ruiten kunnen nu dienen als interactieve displays, slimme sensoren en zelfs energie-opwekkende apparaten, en bieden functies zoals aanraakgevoeligheid, verlichting, verwarming, en communicatie. Deze opkomende trend heeft het potentieel om de rijervaring te transformeren en nieuwe mogelijkheden te creëren, zowel voor bestuurders als passagiers.
Domicro en Metafas willen graag laten zien welke vernieuwende functionaliteiten middels het slim inzetten van printed electronics nu al op autoruiten mogelijk zijn.
Doel van dit Electr-On-Glass project is het ontwikkelen en demonstreren van een betrouwbaar proces voor het printen, plaatsen en aansturen van functionele geprinte elektronica op autoglas. Een en ander wordt in een demonstrator ingebouwd waarmee deze nieuwe functionaliteiten op beurzen en automotive events aan klanten getoond kan worden. Middels deze showcase beogen de partners samen nieuwe procesontwikkeling en productieopdrachten binnen te halen.
Ontwikkeling methode voor het printen van extreem sterke onderdelen
Aanvrager: | Tectonic-3d B.V. | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 1: | MERP Solutions B.V. | Vestigingsplaats: | Valkenswaard |
Startdatum: | 1 juni 2023 | Einddatum: | 31 mei 2024 |
Projectomschrijving:
De snelle ontwikkeling van 3D-printing heeft de vraag naar sterke en duurzame 3D-geprinte onderdelen doen toenemen, vooral in kritieke sectoren zoals luchtvaart en medische technologie. Hoewel het gebruik van polymeren gangbaar is in 3D-printing, zijn er beperkingen wat betreft sterkte en stijfheid. Een nieuw project richt zich op de ontwikkeling van high-end filamenten en bijbehorende hardware- en softwarecomponenten om de sterkte van 3D-geprinte onderdelen te verbeteren en te kunnen concurreren met traditionele fabricageprocessen. Tectonic-3D en MERP Solutions werken samen aan dit platform, waar ze polymeren produceren, 3D-printen en materiaalmodellen maken voor structurele toepassingen. Ze verwachten materialen met een stijfheid modulus van 30-35 GPa te kunnen produceren en deze te versterken met koolstofvezels. Dit vereist de ontwikkeling van een nieuwe extrusiekop, doorvoersysteem en besturingssoftware.
Dit project omvat verschillende innovatieve aspecten om de 3D-printingindustrie te bevorderen. Dit omvat de ontwikkeling van high-end filamenten die tot 3 keer harder zijn dan de marktstandaard. Er wordt gewerkt aan een nieuwe extrusiekop en bijbehorende software voor nauwkeurige controle en optimalisatie. Ook wordt er gewerkt aan een nieuw hot-end & feed systeem voor verbeterde prestaties. Geavanceerde simulatie- en modelleringssoftware wordt gebruikt om de componenten te optimaliseren. Het doel is om de sterkte en prestaties van 3D-geprinte onderdelen aanzienlijk te verbeteren en nieuwe mogelijkheden te creëren in verschillende industrieën.
Het project sluit aan bij de sleuteltechnologie van 'advanced manufacturing (smart industry)', met de focus op additive manufacturing (3D-printen). De nieuwe printmethodiek vergroot de mogelijkheden van 3D-printen, waardoor er minder materiaalverlies is en de kwaliteit wordt verbeterd. Een platform wordt ontwikkeld om data over verschillende filamenten te verzamelen en de gewenste eigenschappen direct te realiseren. Dit project zal leiden tot economische groei en meer banen in de Brainport regio. De nieuwe extrusiekop en sterkere materialen creëren een sterke positie in de markt. Door de ontwikkeling zijn er minder materialen nodig en gaat het materiaal langer mee. Samenwerking met Fontys Hogeschool en TU Eindhoven zorgt voor een afstemming van deze technologie op de opleidingen en bedrijven in de regio.
Integer Renoveren
Aanvrager: | Integer Technologies B.V. | Vestigingsplaats: | Helmond |
Partner 1: | Heijmans Energie B.V. | Vestigingsplaats: | Rosmalen |
Partner 2: | NRGTEQ B.V. | Vestigingsplaats: | Rosmalen |
Partner 3: | Bouwhulp Groep B.V. | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Startdatum: | 2 juni 2023 | Einddatum: | 31 mei 2024 |
Projectomschrijving:
De regio staat voor een grote uitdaging met betrekking tot de verduurzaming van de gebouwde omgeving. In 2021 was alleen al het stoken van aardgas voor ruimteverwarming verantwoordelijk voor 15% van de totale Nederlandse CO2 uitstoot. Tegelijkertijd zorgt de stikstofproblematiek en daarbij veranderende wetgeving in bouwvrijstellingen voor onzekerheid bij nieuwbouwprojecten. Als gevolg hiervan is er een versnelde verschuiving van de focus naar verduurzaming middels renovatieprojecten.
Verduurzaming van de energie-installatie bij renovatieprojecten is echter in veel gevallen zeer complex. Bestaand vastgoed kent meer limitatie in vrijheden. Daarbij zorgen innovatieve en duurzame energie technologieën, denk hierbij aan zonnepanelen, warmtepompen en energieopslag systemen, voor steeds ingewikkeldere installaties. Dit leidt tot extra kosten, en een verhoogde arbeidsintensiviteit in aansluiting, onderhoud en beheer van de installatie.
De oplossing voor dit probleem zit in een energie-installatie totaalconcept. Deze innovatie dient aansluiting, onderhoud en beheer te automatiseren en daarmee het totaalsysteem efficiënt en duurzaam in te regelen. Zo kunnen woningen betaalbaar van het gas af.
Integer Technologies, spin-off van TU/e-studententeam CASA, heeft bewezen dat hun energie-installatie regeltechniek in nieuwbouwprojecten effectief functioneert in het project CASA 1.0. Echter vereist de energietransitie in de gebouwde omgeving een seriematige oplossing en een uitbreiding richting renovatieprojecten. Binnen dit project wordt met de gehele keten gebouwd aan de duurzame, efficiënte, betaalbare en handelbare oplossing voor de energie-installatie van renovatieprojecten.
Het consortium zal met dit project de haalbaarheid toetsen van een innovatieve en duurzame energie-installatie totaaloplossing voor renovatieprojecten. Om deze vervolgens te kunnen demonstreren en commercialiseren. Het project leidt tot de volgende concrete, zicht- of meetbare resultaten:
- Een Integer 32-installatieconcept voor renovatieprojecten, gereed voor een grootschalige demonstratie.
- Een gedetailleerde toepasbaarheidsanalyse van het concept in diverse renovatieprojecten, waarbij de haalbaarheid en meerwaarde van het installatieconcept in verschillende praktijksituaties zijn onderzocht en gevalideerd.
- Een marktverkenning en concurrentieanalyse, resulterend in een solide businesscase voor de verdere ontwikkeling en implementatie van het installatieconcept.
- De opzet van een effectieve samenwerkingsstructuur met relevante partners en stakeholders, waaronder bouwbedrijven, installateurs, energieleveranciers en woningcorporaties.
Het projectconsortium bestaat uit: Integer Technologies (penvoerder), Heijmans Energie, NRGTEQ en Bouwhulp Groep. Daarbij wordt het project actief ondersteund door Stichting Woonbedrijf & Avans Hogeschool.
Waterlaat Energiehub
Aanvrager: | Stichting Innovatie Projecten de Kempen | Vestigingsplaats: | Bladel |
Partner 1: | AliusEnergy B.V. | Vestigingsplaats: | Eersel |
Partner 2: | Scholt Energy | Vestigingsplaats: | Valkenswaard |
Partner 3: | Avans Hogeschool | Vestigingsplaats: | Breda |
Partner 4: | Verzameling bedrijven Waterlaat | Vestigingsplaats: | Bergeijk |
Partner 5: | Gemeente Bergeijk | Vestigingsplaats: | Bergeijk |
Startdatum: | 1 september 2023 | Einddatum: | 31 oktober 2024 |
Projectomschrijving:
Netcongestie vormt een urgente uitdaging binnen de energietransitie. Het groeiende aantal duurzame energiebronnen en de toenemende elektrificatie van processen leiden tot een groter vraag en aanbod van elektriciteit. Dit leidt in meerdere regio’s in Nederland, waaronder vele bedrijven- en industrieterreinen, tot de situatie waarbij de transport schaarste zo hoog is dat bij extra aansluitingen netcongestie wordt bereikt. Dit belemmert niet alleen de verdere adoptie van duurzame energie, maar ook de uitbreiding van bestaande bedrijven en de aansluiting van nieuwe bedrijven. Hierdoor heeft netcongestie nu al een negatief effect op de economische ontwikkeling van regio's.
Urgente netcongestie op bedrijventerreinen vereist een alternatieve aanpak dan netverzwaring vanwege de lange doorlooptijd. Bovendien wordt de maximale capaciteit van het elektriciteitsnet slechts gedurende een klein dagelijks piekmoment bereikt, terwijl er de rest van de dag ruimte is op het net. Daarom biedt ‘Load Shifting’, waarbij energiegebruik wordt verschoven naar momenten van lagere vraag, een oplossing. Ook in combinatie met toekomstige netverzwaringen blijft Load Shifting van groot belang, omdat het efficiënt gebruik van eigen opgewekte duurzame energie mogelijk maakt en zo bijdraagt aan een duurzame energietransitie en kostenbesparingen. Echter, een effectieve implementatie vereist een geavanceerd energiemanagementsysteem (EMS) dat het energieverbruik meet, monitort en aanstuurt tussen bedrijven. Zo’n systeem bestaat op het moment nog niet. In de Kempen hebben bedrijventerreinen eveneens te maken met netcongestie. Hierdoor hebben Stichting Innovatie Projecten Kempen (IPK) en de betrokken bedrijven besloten om gezamenlijk de EMS- oplossing te ontwikkelen en toe te passen. Dit project zal in eerste instantie worden uitgevoerd op industrieterrein Waterlaat, waar het eerste systeem wordt ontwikkelt en schaalbaar zal worden gemaakt voor de overige 10-tal bedrijventerreinen onderdeel van het IPK. Op termijn zal het opgeschaald worden naar de gehele regio en uiteindelijk internationaal.
Dit initiatief is mede gevoed door het momentum dat is ontstaan door een eerdere fase van het project, waarin onderzoek is verricht naar het aansluiten van accu's om te helpen bij netcongestie op deze terreinen (project LOBASG). Hieruit volgde het belang en de potentie van het EMS voor de netcongestie problematiek.
Het doel van het Waterlaat EnergieHub project is de ontwikkeling en implementatie van een energiemanagementsysteem (EMS) om collectief de energie-efficiëntie van bedrijven op industrieterrein Waterlaat in de Kempen te verhogen. Dit heeft als doel om direct netcongestie tegen te gaan en de CO2 voetafdruk te verminderen. Het EMS zal de energieopwekking en -verbruik op locatie meten, monitoren en aansturen. Binnen het project wordt de basis gelegd voor het opschalen van het systeem naar de andere bedrijventerreinen onderdeel van IPK en verder in de regio. Concreet zal dit leiden tot de volgende projectresultaten:
- Aansluiting van minimaal 12 bedrijven van industrieterrein Waterlaat (80% van het ‘elektriciteits- verkeer’ van het terrein) op het EMS.
- Een reductie van minimaal 20% van de elektriciteitsafname via het net van industrieterrein Waterlaat in vergelijking met het voorgaande jaar.
- Ruimte voor en plaatsing van additionele zonne-energie, dankzij in dit project gerealiseerde reductie in opwek netcongestie.
- Een schaalbare oplossing en business case van het EMS voor andere locaties, waaronder een 10-tal bedrijventerreinen onderdeel van IPK.
Het projectconsortium bestaat uit: Stichting Innovatie Projecten Kempen (penvoerder), AliusEnergy, Avans Hogeschool en ScholtEnergy. Vanwege de grote belangen bij het oplossen van de netcongestie problematiek wordt het project ook cash gecofinancierd door twaalf bedrijven gevestigd op industrieterrein Waterlaat en door Gemeente Bergeijk.
Van Veehouder naar Energieboer
Aanvrager: | Metalot Future Energy Lab | Vestigingsplaats: | Budel |
Partner 1: | Deloitte | Vestigingsplaats: | Amsterdam |
Partner 2: | Rabobank | Vestigingsplaats: | Roermond |
Partner 3: | TU/e EIRES | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 4: | Simpl.Energy | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Partner 5: | Team SHIFT | Vestigingsplaats: | Eindhoven |
Startdatum: | 2 juni 2023 | Einddatum: | 31 augustus 2024 |
Projectomschrijving:
Uitkoopregeling boeren: om de stikstofproblematiek aan te pakken, wil de overheid boeren (veehouderijen) uitkopen tegen een vergoeding tot 120% van de marktwaarde van het bedrijf. In Brabant gaat het naar schatting om ongeveer 3.000 boerenbedrijven. Hoewel deze aanpak in potentie een forse stikstofreductie oplevert, biedt hij boeren vanwege het bijkomende beroepsverbod weinig perspectief. Bovendien zijn veel bedrijven familiebedrijven en is dat een reden waarom veel boeren niet zomaar hun bedrijf zullen verkopen.
Netcongestie: Netcongestie vormt een groeiend probleem in de provincie Noord-Brabant. De toenemende vraag naar elektriciteit en de snelle ontwikkeling van duurzame energieprojecten (m.n. zonneparken en windmolens), zorgen voor overbelasting van het elektriciteitsnetwerk, zowel aan de afname- als aan de invoedingskant.
De projectpartners Metalot Future Energy Lab, Deloitte, TU/e EIRES, Team SHIFT, Simpl Energy en Rabobank voorzien de ontwikkeling van een lokaal decentraal energie ecosysteem. Hierbij worden boeren naast veehouder ook “energieboer”. Zij voorzien daken (en evt. velden) van zonnepanelen en installeren compacte windmolens. De elektriciteit wordt met behulp van een elektrolyzer en een ijzeroxidepoeder reductiesysteem opgeslagen in ijzerbrandstof. Deze brandstof is eenvoudig en veilig te transporteren toegepast bij industrieterreinen, gebouwde omgeving en/of bouwplaatsen.
Doel project: De projectpartners beogen in dit project een haalbaarheidsstudie uit te voeren naar het ontwikkelen van een lokaal (decentraal) energie ecosysteem van opwekkers (boeren), gebruikers (industrie, defensie, gebouwen) en tussenliggende logistiek. Deze dient ter besluitvorming voor de uitvoering van een volledige TRL 7- 8 demonstratie van de totale waardeketen.
Projectresultaat: aan het eind van dit project zullen de volgende resultaten behaald zijn:
- Marktvalidatie bij boeren en potentiële verbruikers (industrie- en defensieterreinen en gebouwcomplexen)
- Uitgewerkte business cases voor alle betrokken stakeholders.
- Fieldlab bestaande uit ± 10 boeren en 1 grotere gebruiker, t.b.v. een pilotproject na dit haalbaarheidsproject.
- Data informatiesysteem teneinde benchmarks voor het ecosysteem te kunnen stellen en een leidende rol voor de Nederlandse technologie en leveranciers te realiseren.
Innovatie: Dit project is om meerdere redenen innovatief:
- Nieuwe toepassing/business case: Het gaat om een nieuwe toepassing en business case voor kleinschalige ijzerbrandstofsystemen (typisch 1 MW input) bij boerenbedrijven.
- Er wordt een innovatieve bijdrage geleverd aan de reductie van het stikstofprobleem. Boeren ruilen stikstofrechten in voor investeringen in groene energiedoeleinden (energieboer model). Het aanbod voor boeren om energieboer te worden, biedt hun een duurzaam toekomstperspectief dat aantrekkelijker is dan enkel het laten uitkopen in ruil voor een (eenmalige) vergoeding.
- Ontwikkeling lokale, onafhankelijke energienetwerken: dit project gaat over het ontwikkelen van lokale en decentrale energienetwerken, onafhankelijk van traditionele (fossiele) energiebronnen, onafhankelijk van groene waterstof en onafhankelijk van politieke ontwikkelingen. Dat biedt energiegebruikers een minder volatiele energiemarkt.
- Volledige demo van de ijzerbrandstof waardeketen: het project biedt een versnelde implementatie van de volledige ijzerbrandstofketen. Dit biedt kansen om kennis op te doen over de exploitatie en monitoring van verbrandings- en reductiesystemen en de logistieke keten (w.o. veilige opslag, handling en distributie). Deze kennis is van grote waarde wanneer de ijzerbrandstoftechnologie grootschalige (wereldwijd) wordt uitgerold.
Economische waarde: Er worden in dit project nieuwe verdienmodellen ontwikkeld, die leiden tot regionale omzet. Metalot zal als datamanager en regisseur een promillage vragen van de omzet van elke geleverde kWh die in het ecosysteem rondgaat. Boeren kunnen hun verminderde inkomsten uit hun reguliere activiteiten compenseren met nieuwe inkomsten uit de verkoop van energie. Regionale producenten halen nieuwe omzet uit verkoop van branders, elektrolyzers en reductiesystemen.